Naar de hoofdinhoud

Hoe werkt de verlichting in een Renault 5?

Meer dan 2 maanden geleden bijgewerkt

De verlichtingshendel bevindt zich links achter het stuur

1. Dagrijverlichting

  • Inschakelen:

    • Draai ring 4 totdat het AUTO-symbool is uitgelijnd met markering 3.

    • Bij het starten van de motor schakelt de dagrijverlichting automatisch in.

  • Uitschakelen:

    • De dagrijverlichting gaat automatisch uit wanneer de motor wordt uitgeschakeld.

2. Dimlichten

2.1 Handmatige bediening

  • Inschakelen:

    • Draai ring 4 totdat het dimlicht symbool is uitgelijnd met markering 3.

    • Het controlelampje op het instrumentenpaneel brandt om aan te geven dat de dimlichten actief zijn.

2.2 Automatische werking

  • Activeren:

    • Draai ring 4 tot het AUTO-symbool is uitgelijnd met markering 3.

    • Met draaiende motor schakelen de dimlichten automatisch in en uit, afhankelijk van de omgeving helderheid.

    • De schakelaar 1 hoeft hierbij niet handmatig bediend te worden.

3. Grootlicht

3.1 Handmatige bediening

  • Inschakelen:

    • Zorg dat de motor draait en de dimlichten aan staan.

    • Duw schakelaar 1 naar voren (beweging A).

    • Het controlelampje op het instrumentenpaneel licht op.

  • Uitschakelen:

    • Druk opnieuw op schakelaar 1 om terug te keren naar dimlicht.

4. Uitschakelen van de verlichting

  • De verlichting wordt automatisch uitgeschakeld in de volgende situaties:.

    • Bij het vergrendelen van de auto.

    • Eén minuut nadat de motor is uitgeschakeld.

  • Automatische herinschakeling:

    • Bij de volgende keer starten van de motor worden de lichten opnieuw ingeschakeld volgens de laatste stand van ring 4.

5. Mistachterlicht

5.1 Inschakelen

  • Stap 1: Draai ring 4 totdat het AUTO-symbool is uitgelijnd met markering 3.

  • Stap 2: Draai vervolgens de draaischakelaar totdat markering 6 uitgelijnd is met symbool 2.

  • Stap 3: Het controlelampje op het instrumentenpaneel licht op als bevestiging dat het mistachterlicht actief is.

5.2 Werking en waarschuwing

  • Het mistachterlicht kan alleen worden gebruikt als de overige verlichting is ingeschakeld.

  • Let op: Zodra de weersomstandigheden het toelaten, moet het mistachterlicht worden uitgeschakeld om verblinding van achteropkomend verkeer te voorkomen.

5.3 Uitschakelen

  • Draai de draaischakelaar opnieuw om markering 6 uit te lijnen met symbool 2.

  • Het controlelampje op het instrumentenpaneel dooft.

  • Belangrijk: Wanneer de hoofdverlichting wordt uitgeschakeld, gaat ook het mistachterlicht automatisch uit.

Meer hulp nodig, check deze website van Renault.

Was dit een antwoord op uw vraag?